
Fragment 1
Wauw! Denkt Reza. Bij zijn tafel staat een vrouw. Reza vindt de Nederlandse vrouw mooi. Heel mooi. Hij kan niet normaal denken. Luisteren kan hij ook niet. Hij kan alleen kijken. Hij denkt: wauw, wat een vrouw!
Â
Ze heeft witblond haar. Ze heeft blauwe ogen. Ze is lang. Ze heeft tatoeages op haar armen. De vrouw draagt een blauwe bloes met een spijkerbroek.

Fragment 2
Reza kan niet werken, want hij is veel te verdrietig. Hij ligt in bed in de kleine slaapkamer. Hij bestelt pizza’s met salami, kebab en shoarma. De slaapkamer is een chaos. Het bed is vies. De grond ligt vol met pizza, boeken en schoenen. Op het nachtkastje staat oude koffie. Ook in de rest van het huis is de sfeer slecht.

Fragment 3
Het was nu het einde van groep 6 en Lisa was bang. Heel bang. Lisa stond helemaal alleen in de gang, met haar rug tegen de muur. Vier kinderen stonden om haar heen. Ze stonden heel dichtbij. Ze keken boos en agressief. Lisa huilde. De kinderen lachten. Eén grote jongen schopte Lisa met zijn schoen. ‘Sukkel,’ schreeuwde hij. Lisa viel met haar gezicht op de grond. Maar toen..